
Ariël heeft gezien wat ze moest zien. Deze wezens zijn eerste generatie ruimtereizigers en geen bedreiging voor haar volk.

Hoog in de lucht ziet ze de citadel die haar thuis is. De draken hebben de top van de vulkaan omgevormd tot een majestueuze residentie voor haar en haar zusters.

Draken zijn echter niet toegelaten in de citadel en er zijn wachters die hier op toe zien. De draken dienen op het middenplein te blijven waar ze meestal uitrusten.