
De zeeën waar de meermannen in leefden waren in de beginjaren de favoriete biotoop van gigantische reptielen en amfibieën.

En de meermannen waren favoriete prooien omdat ze noch snel genoeg, krachtig genoeg, of giftig genoeg waren, maar wel voldoende vlees om het lijf hadden om links te laten.

Ze werden voortdurend aangevallen.

Wat er toe leidde dat de meermannen altijd met meerderen begonnen op te trekken. Meer ogen en meer kracht. Maar wat vooral opviel was dat de meermannen meer hersenen hadden dan hun predatoren en allerlei ontwijkingsmaneuvers bedachten.

Wat er toe leidde dat er minder en minder voorvallen waren waarbij de meermannen het leven lieten.

En ze voldoende tijd hadden om hun situatie te overschouwen. En zo begonnen ze dieren uit hun schuilplaatsen te jagen en in te richten voor hun eigen levensbehoud.

Maar grotten die je overneemt door het verjagen van de oorspronkelijke bewoners, kunnen ook weer overgenomen worden door andere bewoners.